maandag 20 februari 2023

In april, mei en juni 1989 speelde ik met mijn gitarenseptet The Seven Slowhands een reeks concerten in de Sovjet Unie, Mongolië, de Volksrepubliek China en Indonesië. We speelden muziek die ik speciaal had gecomponeerd voor het septet dat bestond uit gitaristen Vincent van Warmerdam, Corrie van Binsbergen, Edwin Ligteringen, Franky Douglas, Hans Croon, John van der Veer en mijzelf. Ik hield een dagboek bij.

4 mei
Ik heb een kater van de cognac en het bier van gisteren en ook een beetje last van mijn maag van het scherpe eten in het restaurant. De groep vertrekt naar de Chinese muur en ik doe het rustig aan.
    Ik heb het ontbijt gemist en kan na lang aandringen alleen nog drie bijna ontdooide, droge, witte boterhammen krijgen. ‘Sorry, sir, that’s all we have.’
    Ik loop de stad in richting Drum Tower, want dat is een leuk gedeelte van Beijing. De Drum Tower is een hoge toren uit 1420 waar vroeger op grote trommels werd geslagen om de tijd aan te geven. Hij is slecht onderhouden, maar je hebt er wel een mooi uitzicht over de stad.
    Daarna loop ik om de verboden stad richting Tiananmenplein in de hoop nog iets van de demonstratie te kunnen zien. Het is een lange wandeling door het warme, klamme Beijing.

    Ik bereik het plein tegelijk met de demonstranten; lange rijen studenten met gekleurde spandoeken, aangemoedigd door sympathisanten die ze geld voor eten en flesjes drinken toestoppen. Samen met een stuk of zes Chinezen charter ik een vrachtfiets met een ‘bakkie’ om met z’n allen op te kunnen staan zodat we boven de menigte kunnen
uitkijken.

    Er ontstaat een wedstrijdje tussen ons en een andere groep die hetzelfde idee had en onze chauffeurs scheuren dwars door de demonstranten en omstanders. Er is weinig politie en het gaat er vredig aan toe. De politieke leiders doen echter geen enkele concessie aan de studenten.

    Ik loop terug naar het hotel door de verboden stad die nu helemaal uitgestorven is. Ik kan ongestoord alle musea in- en uitlopen zonder  dat iemand me om een toegangsbewijs vraagt. Nog steeds zie je op straat regelmatig vitrines met gruwelijke foto’s van verkeersdoden en harde acties van de politie tegen drugshandelaren; met geboeide, beschaamd kijkende Chinezen tussen triomfantelijke handhavers van de wet.
    Uurtje geslapen in het hotel, waar we ‘middags bezoek krijgen van een vijfentwintigjarige, virtuoze instrumentalist, ene Lu Xiao Jiang, die een grote, platte, ronde, houten en viersnarige Yuegin bespeelt, met hoge, houten frets, een instrument dat vertaald ‘maan’ heet. Hij had een van onze concerten gezien en wilde graag iets over improviseren leren. Hij speelde ongelofelijk virtuoos een aantal Chinese traditionals en wat eigen, modernere composities waarvan een aantal ook al op de plaat verschenen waren.
    Na het avondeten ben ik met Hans Croon naar de Acrobat Rehearsal Hall gegaan, een klein theater, waar informeel voorstellingen op zéér hoog niveau worden gegeven door circusartiesten in opleiding, waarvan de besten later in het Staatscircus terecht zullen komen. Mensen lopen in en uit tijdens de voorstelling terwijl een meisje bovenop twaalf op elkaar gestapelde stoelen de meest ongelofelijke acrobatische toeren uithaalt; alles op Chinese volksmuziek.
    Lange wandeling terug naar het hotel. Op het Tiananmenplein zitten stelletjes hand in hand naast hun fiets met een klein transistorradiootje. Er wordt niet gezoend in het openbaar. In het hotel drinken we nog wat; Franky blijkt wederom dope bemachtigd te hebben. Zoals elke nacht in Beijing slaap ik goed en diep.


 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten