woensdag 10 maart 2021


 

 

In oktober 1965 gingen mijn ouders, toen 29 en 30 jaar oud, Kees ten Holt (1935 - 1990) en Ursula Roth (1934 - 1981) uit elkaar. Mijn moeder nam mij (5 jaar oud) mee naar Israel, om zich met mij in de nieuwe heilstaat te vestigen in kibboets Lahav in de Negev. Mijn ouders schreven elkaar dagelijks, en al snel werd duidelijk dat ze moeilijk zonder elkaar konden. De volledige correspondentie (in ca. zeventig brieven) is bewaard gebleven.
(afl. 28)


 

Amsterdam, maandag 22 november 1965, Kees

Lieve Ursula,

dit wordt een verwarde brief, omdat ik een hoop losstaande dingen te zeggen heb. Het is één uur, ik ben net terug uit Aalsmeer. Gelukkig was er post. Liefje, zet een datum boven je brieven, dat vergeet je wel eens. En schrijf me ook of je m’n brieven krijgt. Ik heb Klaas twee brieven met tekeningen gestuurd, maar ik hoor niet of hij ze gekregen heeft. Heb jij de tekeningen van de kamers al gehad?
    Ik heb het N.I.W. opgebeld. Toen ik vroeg naar welk adres zij het N.I.W. stuurden, bleek dat zij de naam van de kibboets er niet bij zetten. Je zult hem nu wel krijgen. Jouw brieven klinken wat opgewekter, en dat is goed. We moeten allebei opgewekt zijn. Het leven zelf zorgt helemaal gratis al voor zoveel ellende dat we, als we voor het leven kiezen, wel móeten proberen er wat van te maken en opgewekt te zijn.
    Ik ben ook echt niet doorlopend somber. Alleen zie ik op het ogenblik niet altijd de zin van mijn existentie, van mijn handelen. Ik werk veel en hard. Maar voor een man hangt dat nauw samen met het doel waarvoor hij werkt. Dat kan nooit het werk zelf alleen zijn. Als je gelukkig bent in je werk, kan dit natuurlijk een prachtige escape zijn uit dagelijkse beslommeringen, maar voor een vitaal mens kan werk alleen niet de essentialia uit je leven vervangen. Die essentialia bestaan uit het hebben van een gezin, een vrouw en kinderen, voor wie je werkt, met wie je je leven deelt, door wie je je jeugd herbeleeft, die biologisch en psychisch inhoud en vorm aan je bestaan geven. Het is tragisch dat je dertig moet worden eer je begrijpt hoe moeilijk dit is. Beiden torsen we een last aan frustraties, trauma’s en andere eigenaardigheden met ons mee. En dat moet dan nog gecombineerd worden. Maar hoe willen we ooit dat onze kinderen steviger in hun schoenen staan en minder gehandicapt zijn als we ze niet, door ten minste ons best te doen, een zo goed mogelijk voorbeeld geven. De hopeloosheid van dit alles maakt me soms erg verdrietig. Ik denk aan Klaas, Eran, Deborah, (Eran Binenbaum, zoon van Danniëlle Sajet, Deborah Goedel, nichtje van Danniëlle, KtH) om er maar een paar te noemen. Deze kinderen beginnen al met een achterstand, of in ieder geval een handicap. Ik voel me ook erg machteloos wat Klaasje betreft. Ik voel in m’n bloed, in m’n middenrif, in m’n hart dat hij mijn zoon is, en dat ik verantwoordelijk ben voor hem, maar ik kan hem niet meer naar school brengen, hem op z’n donder geven, met hem spelen, hem troosten, met hem praten, hem helpen of door de mand vallen, kortom alle positieve en negatieve factoren die mij tezamen tot z’n vader maken. Winst en verlies. Ik heb wel het een en ander geleerd, ik schreef je al dat ik harder ben geworden. Ik kom meer voor mezelf op. Een zekere mate van hardheid is goed, zolang hij niet door cynisme gevoed wordt. Ik geloof ook dat ik meer inzicht krijg in menselijke verhoudingen etc. Ik ben het alleen niet met je eens dat dit zo bedoeld kan zijn, dat dit heeft moeten gebeuren om ons wijzer te maken. Er is iets gebeurd, en als we willen leven, staat ons niets beters te doen dan er van te leren.
    Lieve Ursula, hieronder volgt een opsomming van een aantal gebeurtenissen en omstandigheden van de laatste tijd:
    Ik heb een fijne relatie met Jan. (Jan Fontijn, KtH) We zien elkaar vaak, eten veel samen en peppen elkaar een beetje op. Met de kerstdag gaan we naar Londen. Gister hebben we samen bij Heleen gegeten. (Heleen ten Holt, zuster van Kees, KtH) Het was erg gezellig. Heleen is erg lief en veel levendiger dan ik haar ooit gekend heb. Het was gewoon gezellig.
    Vorige week hebben Jan en ik bij de Levano’s gegeten. (Chaïm Levano, acteur, musicus en theatermaker, KtH) Zij zijn zes weken in Israël geweest. Geen goed woord. (zegt mij op zichzelf niets)
    Daniëlle heeft het ‘uitgemaakt’. Ik was daar een dag erg ongelukkig door. Toen was het over. Ik ben op een bepaalde manier aan haar gebonden, voornamelijk erotisch. Ik geloof niet dat ze een lief karakter heeft. Ze heeft wel een sterke fysieke aantrekkingskracht op me.
    Lottie Stam belde me op. Het loeder deed net of ze van niets wist. Hans is in Israël, (Hans Reijzer (psychiater) en Lottie Stam, kennissen van mijn ouders, KtH) zij is hier voor een maand. Dan gaat ze terug en daarna komen ze samen weer naar Holland om zich in Amsterdam te vestigen.
    De buren reppen met geen woord over ons. Ze proberen wel informatie los te krijgen van Jan en Froukje. Gister belde Hilbert Kuik (schrijver, vriend van mijn ouders, KtH) op om te vragen of we met Klaas naar de intocht van Sinterklaas kwamen kijken.
    Ik heb de Turkse plaat gekocht met ‘Vieschiediem’ als je je dat herinnert.
    Ik moet van Shouffour een ‘sociaal moeilijk integrerende’ leerling bijstaan bij z’n schoolactiviteiten. Een ‘phonobar’ jongen met haar tot over z’n schouders. Ik ben daarvoor geknipt, zegt Shouffour. Het is wonderlijk wat anderen in iemand zien.
    We filmen weer. De schoolfilm. Het gaat goed. We hebben een aantal nieuwe ideeën. Ik heb alleen zo vervloekt weinig tijd.
    Eugenie belde op om te zeggen dat ze een brief van je had gekregen en om te vragen of ik een kamer wist voor haar en haar dochtertje. (Eugenie Zomer - de Jong, kennis van mijn ouders, KtH)
    Jan wil de hele bovenverdieping hebben. Froukje moet dan weg. Is ook beter, geen contact mogelijk. Ze leeft in een wereldje van codes, waar ik geen parool aan heb. Ze was laatst hogelijk beledigd toen ik haar vroeg hoe oud ze was. Dat vraag je niet aan een dame. Ze heeft het me ook niet verteld. Ik geloof in spontane, directe omgangsvormen.
    Het huishouden loopt redelijk. Ik doe veel aan de kamers. Ik vind het prettig als het er mooi uitziet. Je planten doen het goed. (waar is toch het gietertje?) Ik stuur deze brief weer per expresse. Ik heb ook aan Klaas een brief geschreven, die gaat ook per expresse de deur uit.
    Nu! Liefje, ik schrijf je gauw weer, omhelsd door Kees.

 


Geen opmerkingen:

Een reactie posten