Ooit hield ik een dagboek bij. Een jaar of
tien schreef ik vrijwel dagelijks over alles wat me bezighield en wat ik zoal
meemaakte. Daarna had ik er geen behoefte meer aan. Ik woonde samen met
vriendin R. van wie ik dacht dat zij mijn grote liefde was. Ik wist nog niet
dat een grote liefde niet ‘iemand’ is. Ik hield van haar, maar voor een grote
liefde was ik nog niet klaar. Ik was piepjong en veel te onrustig. Aan de ene
kant dolgelukkig dat ik iemand had die mij leuk genoeg vond om haar leven mee
te delen, maar tegelijk doodsbang iets te missen.
Ik speelde gemiddeld drie keer in de week met
mijn bandjes 5 Slag een Wijd en The Dutch in jeugdhonken en café’s, en als ik
niet moest spelen ging ik ‘uit’. Ik wilde altijd mensen om me heen; thuis
kwamen de muren op me af. Dat is geen basis voor een grote liefde.
In mijn dagboek schreef ik het allemaal zo
eerlijk mogelijk op, hoewel er ook wel een soort van ijdelheid in doorklinkt
als ik het nu teruglees. Een lefgozertje dat heel stoer al zijn angst en
onzekerheid overschreeuwt, en hoopt dat toekomstige (posthume) lezers onder de
indruk zullen zijn. Veel geldzorgen ook trouwens in die dagen, maar goed, we
waren jong.
Ik voelde me vrij om te schrijven wat ik wilde
omdat ik zeker wist dat R. het niet zou lezen. Ik hoefde mijn dagboek ook niet
te verstoppen, we respecteerden elkaars privacy, vertrouwden elkaar.
Mijn moeder hield ook een dagboek bij. Dat lag
gewoon op de keukentafel. Daarin schreef ze al haar woede en frustratie van
zich af. Ze vond het best als we er in lazen, maar ze waarschuwde wel: we
zouden er niet blij van worden. Ze schreef niet veel over ons, en nooit aardig,
maar we hoefden het immers ook niet te lezen. Ik keek er wel eens in als het
open lag, en inderdaad: in haar kribbige en moeilijk te ontcijferen handschrift
las ik in kort pretentieloos proza hoe wanhopig ze was.
Ook Bibian heeft een groot gedeelte van haar
leven een dagboek bijgehouden. Ik heb er nooit in gelezen, maar heel soms las
ze me er iets uit voor. Schrijnende verhalen over haar jeugd. Hilarische
verslagen van bizarre non-gesprekken die ze met haar moeder voerde. Veel gebrom
van haar structureel humeurige vader. Het sprookje van het lelijke jonge
eendje.
‘Doe er iets mee,’ zei ik altijd. ‘Meer dan
genoeg stof voor een roman, filmscenario, kinderboek of wat dan ook. Iemand die
zo goed kan schrijven heeft de verantwoordelijkheid iets met z’n talent te
doen.’
Dan glimlachte ze een beetje triest en borg de
schriftjes weer op.
Tja, lees ze als je er aan teo bent en dan nogmaals om wat meer emotionele afstand te kunnen nemen en beslis dan of je er iets mee wilt doen, voor jezelf en de kinderen of voor de hele wereld. Jullie beiden hebben zoveel schrijftalent, Bibian en jij, dat er een zeer leesbaar verhaal tevoorschijn zal komen. Het is in geval een kostbaar bezit. Keep on the faith!!
BeantwoordenVerwijderenWie schrijft, die blijft!!!
BeantwoordenVerwijderenik sluit me bij neeltje aan
BeantwoordenVerwijderenooit had ik ook een dagboek
weggegooid jaren
na de dood van mijn moeder
met mijn diploma's
tussen de andere rommel
maar het schrijven
van mijn moeder
heb ik nog
en doordat
alles wat jij opschrijft
ga ik terug in de tijd
en las ik wederom weer
hoeveel pijn ze heeft gehad
ze schreef:
ik sta van binnen in brand
botkanker en nog veel meer
zij heeft ook haar woede
en frustraties
van zich afgeschreven anno 1973
met haar bijna
onleesbaar handschrift
mijn vader was een stille man
harde werker
man van weinig woorden
binnen vetter
had hij achteraf
ook alle reden toe
nu begrijp ik hem wel
ikzelf heb ook jaren verprutst
met wat ik dacht
de liefde van mijn leven
verloren 13 jaar
maar des te meer
waardeer je de echte soulmate
ik ga mee op reis door de tijd
zag ook de bloemgracht voor me
waar mijn opa woonde
schuin boven de zeepfabriek
ook heb ik nog een blauwe maandag
in een bandje gezongen
nu zou ik het niet meer durven
het laatste begreep
ik wel van je vrouw
ik heb het ook in mijn hoofd
een plaats gegeven
dat wilde ze
haar ouders niet aandoen
maar jij...............
het staat je vrij om te doen
wat je denkt dat goed is
als je er aan toe bent
je pen kan een wapen zijn
en verbaal ben je goed
En dan zit ik nu waarschijnlijk als één van de eersten te lezen in Paniekspinnen en te luisteren naar de bijgeleverde cd met liedjes van Bibian. Vreemd. Maar ook mooi, heel mooi. Heb meteen nog een exemplaar van het boek gekocht voor een jarige vriendin. Bibian, bedankt!
BeantwoordenVerwijderen