donderdag 17 januari 2013

Conservatorium


Regelmatig fiets ik langs het Conservatorium Hotel aan de Van Baerlestraat. Ooit was dit het hoofdgebouw van de Rijkspostspaarbank, daarna jarenlang de behuizing van het Sweelinck Conservatorium.
Ik studeerde er compositie in de eerste helft van de jaren negentig. Het was toen een rommelig, ietwat verwaarloosd gebouw, met lelijke verlaagde plafonds en nerveus flikkerend tl-licht. Er waren nog geen computers in alle klaslokalen; componeren deed je aan de piano met potlood op papier. Met mijn docent zat ik wekelijks een uur over mijn partituren gebogen, en soms speelden we iets door aan de piano. Vaak zaten we ook gewoon te praten over wat ons zoal bezighield.
Er waren twee liften in het gebouw, maar die waren eigenlijk niet voor de studenten. Ik herinner me vooral de lange gangen en de brede stenen trappen in de zijvleugels waar ik tijdens een schoolfeest mijn latere vriendinnetje K. voor het eerst de trap af zag komen lopen.
Nogal wat bijvakdocenten waren gemankeerde concertpianisten of componisten, en vooral de compositiestudenten hadden het soms zwaar te verduren. Als je bij harmonieleer of solfège een verkeerd antwoord gaf werd je voor de hele klas voor schut gezet. ‘Hoe kun jij als componist hier een gis noteren terwijl uit de context toch duidelijk blijkt dat het een as moet zijn,’ of soortgelijke verwijten.
Op een dag had ik er genoeg van en ben ik bij de directeur gaan informeren of we met de compositiestudenten niet een eigen klasje mochten formeren met een ons wat beter gezinde docent. Dat mocht. Als ik later op de trappen mijn oude harmonieleraar tegenkwam keek hij verbeten de andere kant op.
In de pauze of wanneer ik een tussenuur had ging ik vaak een uitsmijter eten in de kantine van het Stedelijk Museum aan de overkant van de straat, en pikte ik gelijk wat moderne kunst mee. Als je heel vaak gaat kun je ook gewoon één schilderij of object bekijken, dan leer je een museum langzaam echt goed kennen.
Muziekuitgeverij Donemus zat toen nog comfortabel om de hoek in de Paulus Potterstraat. Daar kocht ik mijn papier, mooie grote vellen met meer of minder balken per pagina. Ook ging ik er vaak in de ‘luisterkamer’ naar opnamen van nieuwe Nederlandse muziek zitten luisteren met de partituur erbij.
Compositiestudenten konden in die tijd tegen sterk gereduceerd tarief naar de C-serie in het concertgebouw, een paar deuren verderop in de Van Baerlestraat. Dat had ik zelf geregeld voor ons kleine klasje, het was toch nooit uitverkocht als er ‘moderne’ muziek werd gespeeld.
Na afloop dronken we nog wat in café Gruter op de Willemsparkweg.
En nu zit sinds enige tijd het Luxury Hotel in mijn oude schoolgebouw, dat nog steeds de naam Conservatorium draagt. Tegenwoordig worden er vooral materiële zaken geconserveerd, stel ik mij voor. Het is allemaal wat minder laagdrempelig geworden. Daarom staat er nu vermoedelijk ook een portier voor de deur.

4 opmerkingen:

  1. Wat schrijf je toch mooi ingetogen. Dank je ik geniet van je verhalen.

    BeantwoordenVerwijderen
  2. Achter een gewone gevel liggen de ervaringen van vele mensen. Jij verwoordt er eentje. Prachtig!

    BeantwoordenVerwijderen
  3. Regelmatig luister ik in de auto naar 'Mercy'. Soms huil ik terwijl ik haar niet kende en jou ook niet. Omdat haar boek mij raakte en het simpelweg een prachtig liedje is.
    Op de laatste foto in het Parool zag ik hoe ongelofelijk veel jullie kinderen op jullie beide lijken, bijzonder om te zien. Ik wens jullie alle geluk, ookal is Bibian niet meer bij jullie.

    BeantwoordenVerwijderen
  4. mooi gebouw het concertgebouw van binnen
    daar gingen we met school heen
    klassieke meesters beluisteren
    het stedelijk nooit zo bijzonder gevonden
    maar dat is een kwestie van smaak
    "americain" van vroeger met die leestafel
    geweldig................
    we raken langzamerhand hier ingesneeuwd
    in zuid-holland
    groeten patty

    BeantwoordenVerwijderen