zondag 19 februari 2023

 In april, mei en juni 1989 speelde ik met mijn gitarenseptet The Seven Slowhands een reeks concerten in de Sovjet Unie, Mongolië, de Volksrepubliek China en Indonesië. We speelden muziek die ik speciaal had gecomponeerd voor het septet dat bestond uit gitaristen Vincent van Warmerdam, Corrie van Binsbergen, Edwin Ligteringen, Franky Douglas, Hans Croon, John van der Veer en mijzelf. Ik hield een dagboek bij.

 3 mei
’s Morgens rondleiding door de verboden stad, gelukkig zonder gids met elektronisch versterkte uitleg en vlaggetje. Je ziet hier wel veel meer westerlingen dan vroeger, maar toch nog steeds voornamelijk Chinese toeristen. Ondanks de drukte behoudt de stad haar schoonheid en is de indruk weer even verpletterend als drie jaar geleden.
    Later rijden we nog even langs het Tiananmenplein, een van de grootste, zo niet hét grootste plein van de wereld, waar morgen een grote studentendemonstratie tegen de bureaucratie en de beperking van de vrijheid van meningsuiting zal zijn. Tot nu toe is er nog geen bloed gevloeid, maar de sfeer wordt wel steeds grimmiger omdat de overheid weigert in te gaan op de eisen van de studenten. Wél is er een rondetafel gesprek geweest.
    Na de copieuze lunch op ons hotel moeten we onze eerste workshop geven. We worden naar een muziekschool gebracht waar een veertigtal studenten van één gitaarleraar in houten schoolbanken op ons zitten te wachten. Op het podium hebben ze zeven stoeltjes neergezet. Mijn plan was om te proberen één van onze stukken met ze in te studeren en ze daar dan solo’s in te laten spelen, maar ze hebben geen gitaren meegenomen en in de hele muziekschool is er slechts één voorradig. Gelukkig hebben wij vijf gitaren bij ons. (Franky en Vincent zijn niet meegegaan) en kan ik een gedeelte toch aan het werk zetten.
    Het niveau is heel erg laag en van echt spelen komt niets. Ze zijn wel ontzettend geïnteresseerd in hoe je jazz moet spelen en willen daar graag een paar duidelijk geformuleerde bindende regels voor horen, zodat ze aan de slag kunnen.
    Edwin houdt een theoretisch verhaal over de triolenfeel en syncopen en ik probeer iets uit te leggen over hoe je een solo zou kunnen opbouwen. Ik zeg er wel meteen bij dat ze vooral niets moeten geloven van wat ik vertel. Hun gitaarleraar zit de volle drie uur van de workshop in de voorste bank te snurken.
    Ik hoop dat we in andere steden een wat hoger muzikaal niveau zullen aantreffen, maar als dat niet zo is, vind ik het ook best.
    We dineren in een van de weinige restaurants in Beijing waar je ook buiten kunt eten, en daar zijn ook weer Jochum en zijn vriend de fotograaf Willem en Christina Jansen, cultureel medewerkster van de ambassade. Het eten is goed en de sfeer geanimeerd, al had ik liever gehad dat Jochum en Willem na de workshop, waar zij om journalistieke redenen belang bij hadden, ons even met rust hadden gelaten. Christina Jansen nodigt ons na afloop uit om bij haar nog een cognacje te komen drinken, maar als Jochum en Willem als eersten bij haar in de auto springen is de animo bij de rest van de groep meteen verdwenen. Bijzonder tactloos van Jochum, zeker na ons gesprek van gisteravond, maar ik laat niets merken.
    Uiteindelijk gaan er toch nog een paar bandleden mee. Christina woont in een gigantisch appartement in de diplomatenwijk, en is van alle gemakken voorzien. Het is redelijk gezellig, maar ik had hier toch liever alleen met de groep gezeten. Vage berichten dat het kabinet Lubbers gaat vallen of al is gevallen over de aftrekbaarheid van benzine beginnen door te sijpelen.
    Dan hoor ik ineens van John dat Franky na Hong Kong terug naar huis wil en niet mee naar Indonesië gaat, maar er wordt mij op het hart gedrukt er vooral niet met hem over te beginnen. Om een uur of elf brengt Christina ons terug naar ons hotel waar de rest van de groep aan het bier zit. Franky neemt mij even apart en bevestigt wat John mij al had verteld. Het gaat hem erom dat hij geen cent wil bijleggen op onze tournee en dat ik maar voor zijn reiskosten moet opdraaien. Daar had hij wel eerder mee kunnen komen, maar ik bied aan zijn overtocht naar Hong Kong te betalen, waarop hij min of meer toezegt dan tóch mee naar Indonesië te zullen gaan, afhankelijk van het verloop van onze tournee hier in China. Ik weet zeker dat er andere dingen meespelen, maar het is moeilijk daar achter te komen. Ik hoop maar dat we in Indonesië een paar betalende optredens kunnen doen, zodat iedereen er toch nog wat aan over houdt.
    Dan blijkt ook nog dat Jochum en Willem, die kamers in een ander hotel hebben, bij ons willen blijven slapen, maar dat gaat mij te ver. Ik stuur ze naar huis en leg ze uit dat de stemming in de groep tot een dusdanig niveau is gedaald dat ik het essentieel vind dat we een tijdje met z’n zevenen zijn, zonder aanhang of journalisten. Ze zijn (begrijpelijk) woedend, maar ze vertrekken wel. Nou hoop ik maar dat de sfeer niet blijvend is verpest.
    Ik besluit morgen niet mee te gaan met de excursie naar de grote muur; die heb ik al eens gezien en ik wil liever een keer uitslapen en een dagje vrij nemen. Het gaat allemaal wel heel anders dan ik had gedacht.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten